top of page

TCVM: Wat, hoe en waarom?

 

Traditionele Chinese (Dier)geneeskunde (kortweg: TC(V)M) is een Oosterse geneeswijze die voor het eerst in China, meer dan 2000 jaar geleden, werd beoefend. Sindsdien wordt het generatie na generatie verfijnd en verbeterd zodat we, nu ook hier in het Westen van deze geneeswijze gebruik maken.

 

TC(V)M bestaat uit 4 grote takken die elk een synergetische werking op elkaar uitoefenen.

 

Acupunctuur:

Door middel van steriele naalden te plaatsen op specifieke plaatsen op het lichaam, de zogenaamde acupunctuur punten, wordt er doorheen heel het lichaam pijnverminderde stoffen gesecreteerd. Bovendien worden ook organen en orgaan systemen aangestuurd om de ziekte te genezen.

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Kruidengeneeskunde:

Elke kruid bezit unieke eigenschappen die het verkregen heeft door op specifieke tijdstippen gedurende de dag, afhankelijk van het seizoen, geplukt te worden. Zo kunnen kruiden over afkoelende, verwarmende, pijnverminderende etc… eigenschappen beschikken. Afhankelijk van de ‘natuur’ van de ziekte (warm of koud) kunnen kruiden met de desbetreffende eigenschappen ingezet worden, om de ziekte te helen. Daareenboven hebben kruiden een versterkend effect op de acupunctuur behandeling. In de TC(V)M worden veelal kruidencombinaties van tot wel 20 verschillende kruiden gebruikt.

 

 

Tui-Na:

Deze Oosterse massage technieken waarbij gebruik gemaakt wordt van de handpalmen, vingers, knokels en zelfs ellebogen heeft het voordeel, om met een grote precisie, de verschillende meridianen en de daaropliggende acupunctuurpunten te stimuleren. Deze techniek werkt uitmuntend voor musculoskeletale aandoeningen zoals spierstijfheid, manken en artrose.

 

 
Voedingstherapie:

Net zoals kruiden bezitten groenten, fruit, graan, vlees en vis specifieke eigenschappen die een ziekte kunnen verhelpen of andersom, net erger maken. Zo zal een ziekte die van nature ‘warm’ is, ondersteund moeten worden met voedingsmiddelen die afkoelende eigenschappen bezitten. Op die manier wordt de balans in het lichaam opnieuw opgebouwd.

 

 
Diagnose:

Om tot een juiste diagnose te komen in TC(V)M zal een beoefenaar gebruik maken van een uitgebreide anamnese (vragenstelling), pols diagnose, tong diagnose en Back-Shu/ Front-Mu punten.

 

Pulsdiagnose is een unieke methode om de pols te beoordelen op basis van zijn kracht, snelheid en diepte.

 

Tongdiagnose: De tong vormt een uniek microsysteem die een vereenvoudigde versie van de interne organen weergeeft. Verschillende locaties op de tong komen overeen met een bepaald orgaan en/of orgaansysteem.

 

Back-shu/ Front-mu points:

Palpatie van specifieke acupunctuur punten op het lichaam vertellen net zoals de pols en tong diagnose iets over een locatie of orgaan in het lichaam.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Door middel van de uitgebreide anamnese, pols en tondiagnose alsook de palpatie van de acupunctuur punten, komt de dierenarts tot een Traditionele Chinese Diagnose die vaak erg verschilt van een Westerse diagnose.

 

Westerse geneeskunde behandelt veelal diagnostische uitslagen met protocolaire behandelingsmiddelen (antibiotica, ontstekingsremmers  en of steroïde hormonen).

TC(V)M behandelt individuele cases waarbij verbanden gelegd worden tussen verschillende organen. Het doel van de dierenarts hier, is het evenwicht herstellen.

Image.jpeg
Palp1.jpeg
IMG_1337.JPG
Needles.jpeg
bottom of page